Wanneer een zwangere vrouw wordt blootgesteld aan lawaai, dan heeft ook haar ongeboren baby daar last van.
Zwangere vrouwen moeten de raad krijgen om festivals te vermijden. Dat zegt audioloog prof. dr. Bart Vinck van de Universiteit Gent in Het Laatste Nieuws en De Morgen. Vrouwen die in een omgeving werken waar het omgevingsgeluid 85 decibel overschrijdt, worden al langer via de wet op moederschapsbescherming uit het schadelijk werkmilieu verwijderd.
Kind en Gezin screent al vele jaren systematisch het gehoor van pasgeborenen en stelt vast dat eenzijdige gehoorschade bij baby’s vaak voorkomt. Eenzijdige gehoorschade betekent dat je met een oor goed hoort en met het andere niet, wat meestal te maken heeft met de gevoeligheid van het oor voor gehoorschade.
Volgens Vinck kan dat deels te verklaren zijn doordat zwangere vrouwen tijdens de zwangerschap overmatig worden blootgesteld aan hoge lawaainiveaus, en de buikwand en de vloeistoffen in de baarmoeder slechts een beperkt deel van schadelijke lage frequenties van het geluid tegenhouden.
Wordt een zwangere vrouw blootgesteld aan 102 decibel, wat niet ongewoon is op een festival, dan krijgen de oortjes van haar ongeboren kind, die zich al na drie à vier maanden ontwikkelen, nog 97 decibel te verwerken. Algemeen gaat men ervan uit dat je niet langer dan 8 uur aan 80 decibel mag blootgesteld worden. Op festivals gaat het er vaak dagenlang luider aan toe.
Bijkomend probleem is dat lawaai ervoor zorgt dat ook de bloeddruk, de hartslag en het adrenalinepeil van de moeder stijgt. Ook dat is ongunstig voor de ongeboren baby en kan indirect voor schade zorgen.
Bron: Eos Wetenschap