Als je baby nog niet loopt, zal hij waarschijnlijk snel zijn eerste onafhankelijke stappen gaan zetten. Loopt je baby nog steeds niet, maak je dan geen zorgen. Sommige baby’s gaan pas lopen als ze 18 maanden oud zijn. Je kunt je baby aanmoedigen om te lopen door voor hem te staan of op je knieën te gaan zitten terwijl je je handen uitsteekt. Je baby zal tijdens het nemen van deze stappen zijn armen naar de zijkant richten (voor het evenwicht) en gebogen bij de ellebogen houden. Zijn voeten richt hij naar buiten en zijn buik naar voren, terwijl hij zijn achterste naar buiten steekt (ook voor het evenwicht).
Zorg er zoals altijd voor dat je baby een veilige omgeving heeft om zijn nieuwe vaardigheden te oefenen. Volg de richtlijnen voor de veiligheid van je kind en laat je baby nooit zonder toezicht achter. En houd de camera startklaar!
Onzekerheid bij opvoeden: vertrouw op je instincten
Bijna elke moeder en vader voelen zich op een bepaald moment onzeker over hun manier van opvoeden. Probeer te vertrouwen op je instincten, maar onthoud ook dat veel van je vaardigheden (en vertrouwen) op je ervaringen gebaseerd zijn. Iedereen maakt soms fouten en dit is alleen maar goed, omdat je leert van de fouten die je maakt. Je kunt altijd de hulp van een andere ouder inschakelen als je niet zeker weet wat je moet doen. Na verloop van tijd zul je meer zelfvertrouwen hebben over je vaardigheden om de behoeften van je baby te herkennen en hem erin te voorzien. De angst verdwijnt misschien nooit helemaal, maar dat hoort dan ook bij het ouderschap.
Een geweldige manier om steun te krijgen en stress te verlichten, is om aan een moeder- of vadergroep mee te doen. Daar kom je ongetwijfeld anderen tegen met dezelfde twijfels en zorgen. En lijkt het alsof ze alles onder controle hebben, dan ken je ze waarschijnlijk nog niet goed genoeg. Probeer ze beter te leren kennen, open een fles wijn of zet een pot thee en je zult zien dat elke ouder kwetsbaarheden heeft.
Meer informatie over: Waterpokken
Bijna elk kind krijgt een keer de waterpokken (besmettelijke ziekte), daarom is het een goed idee om de symptomen van waterpokken te kennen. Lees hier waar je op moet letten:
- Kijk uit voor rode bulten, vooral als je weet dat je kind is blootgesteld aan een ander kind met waterpokken. Het duurt namelijk 10 tot 21 dagen (na blootstelling) voordat de symptomen verschijnen. Je ziet een jeukende uitslag van kleine rode bultjes die zich ontwikkelen tot heldere blaren vol vloeistof, vervolgens veranderen deze bultjes in droge bruine korsten, eerst op de romp en hoofdhuid en vervolgens spreiden ze zich uit naar het gezicht, de armen en de benen. Je baby kan ook extra moe lijken, niet bijzonder hongerig zijn en een lichte koorts hebben;
- Laat je arts weten of de symptomen slechter lijken dan gebruikelijk is;
- Je kunt je arts raadplegen, maar als je baby verder gezond is, zal de ziekte gewoon zijn gang gaan. Om infecties (en littekens) te voorkomen, help je de zweren te genezen door de vingernagels van je baby te knippen om te voorkomen dat hij zichzelf krabt. Je kunt de jeuk verlichten door je baby koele baden te geven met zuiveringszout of havermout en daarna een calamine lotion aan te brengen. Behandel koorts met paracetamol (maar nooit met aspirine);
- Als je een baby met een verzwakt immuunsysteem hebt en je vermoedt dat hij waterpokken heeft of eraan is blootgesteld, neem dan onmiddellijk contact op met je arts.
Weinig mensen weten dat je je kind vanaf 11 maanden tegen waterpokken kunt laten vaccineren. De kosten voor deze vaccinatie zijn circa 100 euro. Deze vaccinatie beschermt ongeveer 83% van de kinderen. Het kan dus zo zijn dat je kind na een vaccinatie toch nog waterpokken krijgt. Raadpleeg altijd eerst je arts voor overleg.
