Samen Zwanger - Buidelen

Een wetenschappelijk bewijs dat liefde bestaat. Dat heeft Deedee Kommers na vier jaar studie en onderzoek gevonden. De 30-jarige Eindhovense hoopt woensdag op dit onderzoek te promoveren aan de Technische Universiteit Eindhoven.

Door: Arnold Mandemaker

De afdeling van het Máxima Medisch Centrum in Veldhoven, waar baby’s met ernstige gezondheidsproblemen en vroeggeboorten worden behandeld, was voor de arts-onderzoeker het werkterrein. Daar zocht en vond zij de bewijzen dat liefde bestaat. Onder meer om te laten zien dat het zogenaamde ‘buidelen’ van moeder en baby meetbare effecten heeft op hartslag en hormoonhuishouden.

Couveuse

Kommers onderzocht baby’s die het grootste deel van de tijd in de couveuse moeten liggen, bedekt met sensoren die hartslag, bloeddruk en andere lichaamsfuncties meten. Die ook alarm kunnen slaan als er iets fout gaat.

Vaders en moeders mogen op deze intensive care-afdeling zoveel mogelijk bij hun pasgeboren kindje zijn. Tijdens het buidelen gaat moeder of vader in een speciaal daarvoor gemaakte stoel zitten en neemt de baby op de blote borst.

Dat is in het MMC al jarenlang de praktijk. Maar een van de neonatologen, Sidarto Bambang Oetomo, tevens hoogleraar aan de TU/e, wilde graag de effecten van buidelen wetenschappelijk laten onderzoeken. ,,Dus hij nam mij aan”, zegt Kommers. Zij was als arts-onderzoeker immers vooral gespitst  op meetbare verschijnselen en dus geknipt voor dit onderzoek. Bambang Oetomo is eerste promotor.

Te vroeg geboren

,,Ik begon met de hypothese dat de scheiding van moeder en kind nadelige fysiologische en meetbare gevolgen heeft”, zegt Kommers. ,,We kunnen tegenwoordig te vroeg geboren baby’s steeds meer in leven houden, maar dat heeft wel effecten. De kinderen ervaren stress, bijvoorbeeld bij het wisselen van de luier of het plaatsen of weghalen van pleisters.

Na uitvoerig literatuuronderzoek naar het proces van moeder-kindbinding, zowel biologisch als psychologisch, kon Kommers ‘veel puzzelstukjes’ met elkaar verbinden. Daarna begon het veldonderzoek. Eerst naar de hartslag van de vroeggeboren baby’s, want die wordt voortdurend gemeten. Ze vergeleek de hartslag van de baby in de couveuse met een draagtijd van 29 tot 32 weken en volgde wat er gebeurde als de baby op de borst van de moeder werd gelegd.

,,De hartslag verandert. Niet het aantal slagen, wat bij een baby gemiddeld op 140 per minuut ligt.Maar ik keek vooral naar het ritme van slag tot slag. En de clou is: het verandert op het moment dat het buidelen begint. De hartslag gaat naar een lager ritme, vergeleken met in de couveuse.”

Knuffelhormoon

De tweede meting betrof oxytocine, in de volksmond ook wel het ‘knuffelhormoon’ genoemd. Dat speelt bij zwangere vrouwen een rol bij het op gang brengen van de bevalling en de productie van moedermelk. Met minuscule wattenstaafjes nam Kommers wat wangslijm uit de mond van de baby’s in de couveuse en later tijdens het buidelen. Ook bij de moeders nam zij wangslijm af. Het buidelen sorteerde ook hier een direct en meetbaar effect.

Is daarmee het fenomeen ‘liefde’ wetenschappelijk bewezen? Kommers twijfelt geen seconde: ,,Ja, wat mij betreft is dat zo. Ik heb het gemeten. Dit is hechting, liefde in een notendop.”

Bron: ED

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul aub een opmerking in!
Vul hier uw naam in